De Kishi-school was een Japanse schildertraditie die ontstond in de late Edo-periode, gesticht door de kunstenaar Kishi Ganku (1756–1839). De school ontwikkelde zich in Kyoto en stond bekend om haar krachtige penseelvoering, expressieve dierafbeeldingen (vooral tijgers), en een persoonlijke interpretatie van traditionele Chinese en Japanse schilderstijlen.
Waar veel andere scholen, zoals de Kano-school, formeel en hofgericht waren, bracht de Kishi-school meer levendigheid, karakter en individualiteit in de beeldtaal. Naast Kishi Ganku waren ook zijn zoon Kishi Renzan en zijn leerling Kishi Gantai belangrijke vertegenwoordigers.
De stijl van de Kishi-school mengde elementen van de Nanga-school (literati-schilderkunst) met een meer directe, soms bijna dramatische benadering van onderwerpen als dieren, landschappen en figuren. Typerend zijn de gedetailleerde vachten van tijgers, krachtige bliklijnen en levendige composities met een gevoel van beweging.
De school bleef actief tot in de Meiji-periode, maar verloor later aan invloed toen Westerse schildertechnieken populairder werden.